Klik hier om naar bol.com te gaan
Tegenwoordig telen veel imkers in het voorjaar hun eigen koninginnen en gaan daarmee naar een bevruchtingsstation om ze daar te laten bevruchten. Tijdens de teelt heb je als imker al heel wat factoren die wel of niet tot een succes leiden zelf in de hand zoals de keuze van de moeder van de koninginnen, de sterkte van de starter en de pleegvolken en zelfs het gewicht van de uitlopende koninginnen door ze na uitlopen te wegen op een juweliersweegschaaltje. Elke te lichte koningin kan hierdoor worden geëlimineerd. Daarna wordt er een keuze gemaakt naar welk bevruchtingsstation de uitverkoren koninginnen worden gebracht. Ook wordt er steeds meer thuis of bij telersgroepen geïnsemineerd met sperma van geselecteerde darren. Dit alles om goede fijne bijenvolken te krijgen. We weten dus wat we willen maar weten nog niet hoe het zit met de vererving van de eigenschappen van de honingbij. In dit boek ga ik proberen jullie wat meer inzicht te geven in deze materie. Ik ga dit op eenvoudige maar inzichtelijke wijze duidelijk maken. Zo eenvoudig dat kenners ervan zullen gruwen. Maar mijn doel is niet een wetenschappelijk werk te schrijven over genetica maar imkers inzicht te geven hoe genetica werkt zodat zij…
Betere koninginnen. Wie wil dat niet? Koninginnen die groot en zwaar zijn. Die niet na een paar maanden worden vervangen, grote broednesten opbouwen zodat er een grote honingoogst wordt binnen gehaald. (mits er dracht is) Jay Smith één van de grootste imkers en één van de grootste koninginnentelers van zijn tijd, heeft zijn 50 jaar ervaring met het telen van koninginnen in 1949 beschreven in zijn boek “Better Queens”. Omdat ik vind dat ook de Nederlands/Vlaamse imker op de hoogte moet zijn van zijn bevindingen en aanwijzingen heb ik zijn boek vertaald. Er zijn veel boeken over koninginnenteelt geschreven door wetenschappers en telers die op kleine schaal koninginnen telen. Maar dit boek is geschreven door een imker die duizenden koninginnen van hoge kwaliteit per jaar teelde. Jay beschrijft hoe je kwalitatief betere koninginnen kunt telen dan met de traditionele overlarfmethode die momenteel overal wordt gebruikt. De methode is ook geschikt om grote aantallen koninginnen te telen. Jay is er van overtuigd dat de beste koninginnen uit zwerm- en wisselcellen komen en zocht de methode waarmee hij de natuur kon evenaren. En dat is hem gelukt. Ook u kunt, met Jay’s bevindingen in het achterhoofd, betere koninginnen telen. En dat willen…
Dit boek bestaat uit twee delen. Het eerste deel bespreekt alle aspecten die te maken hebben met de praktische koninginnenteelt. Het geeft aanwijzingen over het telen van koninginnen. Waar moet je op letten en wat is belangrijk? Over wat wel en wat niet werkt. Hoe teel je nu eigenlijk koninginnen? Wat doe je met je geteelde koninginnen? Hoe voer je die in in een volk(je) en hoe kun je ze bewaren? Al deze vragen worden in dit boek stapsgewijs beantwoord. Deel twee bespreekt de rol van darren en hoe die worden geteeld. Maar ook een uitgebreid hoofdstuk wat je in een pedigree kunt lezen en hoe je die zelf schrijft. De techniek van inteelt en hoe je tot een tante-neef paring komt en waarom je dit uitvoert. Deel twee is er voor hen die er echt meer van willen weten. Alles, van A tot Z, verwerkt in één boek. Hier te verkrijgen als gedrukt exemplaar.
Hoe win ik meer honing? Hoe voer ik koninginnen in zonder verliezen? Koninginnen telen. Hoe doe je dat? Ik heb moerdoppen. Wat moet ik doen? Hoeveel suiker bij inwinteren? De antwoorden vindt u in dit boek! In beginsel gaat dit boek er vanuit dat het boek “Bijenhouden, hoe doe je dat” van Friedrich Pohl op de gevolgde beginnerscursus is gebruikt en verwijst terug naar de daarin besproken lesstof. Dit boek behandelt niet de basis van het bijenhouden maar wil voorzien in aanvullende informatie om met succes zelfstandig bijen te houden. Het behandelt de omstandigheden en de procedures die kunnen worden gevolgd om een koningin in te voeren, iets wat geheel ontbreekt in de basiscursus maar waar de imker direct in zijn eerste zelfstandige jaar mee wordt geconfronteerd. Hierdoor gaan jaarlijks enorm veel koninginnen, die beter verdienden, verloren. En geloof me, in de loop van de jaren heb ik alle besproken methodes zelf uitgeprobeerd en alleen die methoden die tot succes leiden worden in dit boek besproken. Daarnaast wordt het telen van goede, met de nadruk op goede, koninginnen besproken. Nog te vaak worden er aangeblazen doppen in een honingkamer geplaatst om daar te worden uitgebouwd. Je krijgt dan wel een…